Peter Zegers
De Belgische professor in de klinische psychologie aan de universiteit van Gent is de laatste tijd opvallend vaak te gast bij “alternatieve” media. Een van de onderwerpen die steeds terug keren zijn de uitspraken die hij deed over hypnose bij openhartoperaties. Hij blijft er steeds maar op terug komen. Mattias Desmet meent dat zijn critici ten onrechte zo veel gewicht hechten aan zijn uitspraken die hij tijdens de uitzending van de show van Alex Jones in september 2022 deed. Hij verwijt hen te kwader trouw te zijn en hem met deze kleine slip of the tongue onschadelijk te willen maken.
Desmet had slechts een hyperbool gebruikt is zijn laatste verklaring, eerder beweerde hij door de omstandigheden overweldigd te zijn geweest. Hoe dan ook, hij wil niets terug nemen van zijn beweringen over het gebruik van hypnose bij zware chirurgische ingrepen als een openhartoperatie. De documentaire waar hij zijn uitspraken – die hij al jarenlang aan studenten in zijn colleges had verteld – op baseerde, had hij weliswaar niet terug kunnen vinden, maar dat sloot geenszins de mogelijkheid uit.
Het blijft een merkwaardige zaak dat Desmet zijn verhaal over wat er gebeurde in de show van Alex Jones blijft veranderen. Allereerst is het verhaal dat hij er opdiste verre van de enige keer dat hij beweerde “met eigen ogen” een openhartoperatie te hebben gezien. Hij had het ook over bij Tucker Carlson, bij Willem Engel (het boegbeeld van de anti-Corona actiegroep Viruswaarheid), bij De Nieuwe Wereld (waar hij werd terechtgewezen op dit punt en waar hij toen zei dat hij opnieuw onderzoek zou doen), in een interview met een Italiaanse anti-vax zender. En ongetwijfeld nog talloze malen in persoonlijke gesprekken. Het was dus zeker geen slip of the tongue.
Toen hij zich realiseerde dat hij zich belachelijk had gemaakt, probeerde hij de schade te beperken door te beweren dat hij “onmiddellijk” op zijn Facebookpagina had toegegeven dat hij zich vergist had. “Onmiddellijk” betekent hier: na drie dagen en nadat Pepijn van Erp hem om opheldering had gevraagd. Waar hij overigens nooit antwoord op heeft gegeven. Hij stelde nu dat hij er een documentaire op het Belgische Canvas over had gezien. Dat zei hij ook in zijn colleges. En hij schreef er over in Lacan’s Logic of Subjectivity (p. 46) “Faymonville […] uses hypnotic sedation in operations on a daily basis. And its use is certainly not limited to minor operations. Sometimes it concerns open-heart operations in which the surgeon has to cut right through the sternum.” In het geciteerde artikel van Marie Elisabeth Faymonville niets van dit alles.

In dit collegedictaat uit 2015 word de naam van Marie Elisabeth Faymonville verhaspelt.
In zijn ijver om zijn punt te maken, schrikt hij er ook niet voor terug om deze internationale expert op het gebied van hypnosedatie, wier autoriteit hij eerder tijdens zijn colleges aan de universiteit van Gent had ingeroepen, terecht te wijzen. Want hoewel Marie-Elisabeth Faymonville van de CHU in Luik in een interview met De Morgen had beweerd dat een openhartoperatie met alleen maar hypnosedatie onmogelijk is omdat het hart stilgezet moet worden bij een dergelijke ingreep, kent Mattias Desmet een “gerenommeerde hartchirurg” die van mening was dat dat niet altijd hoeft. Helaas gaf Desmet geen naam van deze “gerenommeerde hartchirurg”. Dus is dus moeilijk om de uitspraak te controleren. Wederom gebruikt Desmet een autoriteitsargument.
Het is nochtans niet zo heel moeilijk om artikelen in de wetenschappelijke literatuur over openhartoperaties te vinden. Een klein zoektocht levert een aantal interessante artikelen op. Alleen vermelden die niets over het gebruik van hypnose bij dit type zware chirurgische ingrepen. Laat staan als enige vorm van verdoving. Er bestaat ook een uitgebreide literatuur over het gebruik van hypnose in combinatie met lokale verdoving, maar dat boeit Desmet verder niet zo. Want zijn punt is nu juist dat hypnose in de vorm van massavorming zo krachtig is dat veel mensen tegen hun eigen belang in aan “absurde regels” gehoorzamen.
De reden waarom de medische wereld geen gebruik maakt van deze methode is volgens Desmet gelegen in de onwil van het medisch-wetenschappelijk establishment om haar macht prijs te geven. Hij ontvouwt een alternatieve geschiedenis van de medische wetenschap van de afgelopen eeuwen. Deze is naar zijn mening niet meer gericht op het belang van de patiënten, maar is vooral uit op het handhaven van haar eigen machtspositie. Dit resulteert natuurlijk in een verslechtering van de gezondheid van de mensheid. Een verhaal dat we al van hem kenden uit zijn uitspraken over het coronavirus.
Het grote obstakel voor een pijnvrij leven – want als je met (zelf)hypnose de pijn van het doorboren van een borstbeen met een slijptol kunt verdragen, wat kun je dat niet verdragen? – is volgens Desmet de “mechanistisch-materialistische” ideologie. In plaats van ruiterlijk te erkennen dat hij zich vergist heeft en dat er nog nooit een openhartoperatie met alleen hypnosedatie plaats vond, neemt Desmet een vlucht naar voren en rakelt anekdotes op die zijn gelijk moeten bewijzen. Zo komt hij weer op de proppen met het verhaal van de zoon van Dave Elman, die volgens hem een dergelijke operatie had mogelijk gemaakt. Helaas ontbreken hier ook weer alle details. Wanneer? Op een dag in 1954. Waar? Ergens in de Verenigde Staten. Wie? Het blijft allemaal erg vaag. Desmet verzucht bij zoveel onwil van zijn critici: “Uiteindelijk baseren we ons allemaal op veel dingen die we geloven en weinig dingen die we werkelijk waargenomen hebben.”
Maar dat is niet hoe wetenschappelijk onderzoek werkt. Desmet is het beste bewijs van hoe het niet moet. In plaats van zich te baseren op de laatste inzichten op het gebied van hypnose en hypnosedatie, zoekt hij bewijs voor zijn eigen uitgangspunten. Hij komt daarbij vaak aan met verouderde opvattingen en negeert het onderzoek dat niet in zijn straatje past. Een sterk voorbeeld van cherry picking. Het is daarbij vreemd om te constateren dat Desmet weinig begrepen schijnt te hebben van de opvattingen van Franz Anton Mesmer, die een duidelijke materialistische verklaring meende te hebben gevonden voor zijn methodes. Hij ging juist in tegen de metafysische opvattingen die destijds gangbaar waren.
Het is ook vreemd dat Desmet geen gewag maakt van de koninklijke onderzoekscommissies in Frankrijk die de theorieën van Mesmer aan een onderzoek onderwierpen. Volgens wetenschapshistorici werden in dit onderzoek een aantal technieken geïntroduceerd die inmiddels standaard zijn geworden (double blind onderzoek). Mesmers methode werd dus op wetenschappelijke gronden gediskwalificeerd, niet omdat hij onpopulair zou zijn geweest bij de bevolking waarna “de academische wereld de publieke opinie gedwee [volgde].” Overigens vertrok Mesmer pas in 1778 naar Parijs en niet al in 1774 zoals Desmet in zijn artikel beweert. Van een schorsing door de Weense medische faculteit is in de literatuur niets terug te vinden. Desmet baseert zich op een populairwetenschappelijk artikel en heeft het onkritisch overgeschreven. Wederom een voorbeeld van zijn slordigheid.
Ook de door hem genoemde John Elliotson was overigens van mening dat hij een materialistische verklaring had gevonden. Deze Elliotson was trouwens ook een aanhanger van de frenologie, dat inmiddels tot het rijk van de pseudowetenschappen is verwezen. Zijn dissidenten waren dus eerder aanhangers van het “mechanistisch-materialistisch wereldbeeld“, dan dat ze er een alternatief voor zochten. “The Zoist was a materialist journal; it repudiated metaphysics and argued that everything—including human thinking—could be explained through the laws of the physical universe“, schreef Jennifer Ruth over het tijdschift (‘Gross Humbug’ or ‘The Language of Truth’? The Case of the Zoist“, Victorian Periodicals Review, Vol. 32, No. 4, Winter 1999, p. 305).
Het is een fabel dat er nooit serieus onderzoek naar hypnose gedaan zou zijn en dat diegenen die er zich mee bezig hielden “te maken [kregen] met misprijzen, minachting, marginalisering en, in sommige gevallen, excommunicatie.” In een artikel dat Desmet zelf aanhaalt wordt deze fabel al ontkracht. Sabine Maes heeft het in haar artikel over 12.000 wetenschappelijke artikelen die over de (on)mogelijkheden van hypnosedatie zijn gepubliceerd. Hoezo marginaal? Hoezo excommunicatie? Waar heeft Desmet het over? Van die 12.000 artikelen heeft Desmet echter niet veel gebruik gemaakt. Hij verwijst liever naar obscure websites en YouTube filmpjes.
Desmet heeft dus geen overtuigend bewijs kunnen vinden voor zijn uitspraken over hypnose. Maar in plaats van dit te erkennen, kiest hij voor de aanval op het mechanistisch-materialistisch wereldbeeld. “Als men nu operaties onder hypnose standaard combineert met plaatselijke verdoving, dan komt dat niet door de beperkte kracht van hypnose maar wel door de beperkte openheid van de hedendaagse medische geest.” Dat is echter niet gebaseerd op zijn waarneming, maar op zijn particuliere religieuze (of mystieke) opvattingen. Dat heeft totaal niets te maken met wetenschappelijk onderzoek of een plausibele wetenschappelijke theorie. Het is zijn persoonlijke dogma.
Desmet lijkt zich steeds verder te bewegen in de richting van een complotfantasie. Op zijn Facebookpagina heeft hij het over omgekochte journalisten. Hij schreef daar over “de honderden journalisten die in Duitsland betaald werden om het overheidsnarratief te brengen.” Een nauwelijks verhulde verwijzing naar het boek “Gekochte journalisten” van de Duitse samenzweringsfantast Udo Ulfkotte. Desmet put vaker uit troebele bronnen. Of baseert hij zich op een bericht in de Telegraaf van 8 maart j.l.? In dat geval ontgaat het hem dat deze journalisten betaald werden voor klusjes als dagvoorzitterschappen, mediatrainingen. Dus niet voor het schrijven van artikelen.
Hoe dan ook, het lijkt er op dat Mattias Desmet radicaliseert en steeds minder luistert naar kritiek. Hij sluit zich op in zijn eigen gelijk en wil niet eens de kleinste vergissing toegeven. In plaats daar van gaat hij op zoek naar “bewijzen” voor zijn gelijk. Als hij die niet kan vinden, kiest hij voor de aanval op zijn critici die volgens hem allemaal “gehypnotiseerd” zijn door een “mechanistisch-materialistische ideologie” die haast automatisch leidt naar een totalitaire, technocratische samenleving. Enkel Desmet kan als een soort Messias deze ontwikkeling een halt toeroepen.
Mattias Desmet (2019), Lacan’s Logic of Subjectivity. A Walk of the Graph of Desire. Owl Press, Ghent Belgium.
Mattias Desmet & Tineke De Cock (2023), Hypnosedatie – Mind over matter in het operatiekwartier
Pepijn van Erp en Peter Zegers, Desmet dwaalt, draait en duikt