Op 21 juni j.l. was er als alternatief voor de verboden demonstratie tegen de lockdown op het Malieveld in Den Haag, een programma gemaakt dat werd uitgezonden via Facebook. Ook Eva van Zeeland kwam aan het woord en na wat onsamenhangend gewauwel besloot ze om samen met iemand die gekleed ging als een soort sjamaan een eentonig liedje te zingen, dat waarschijnlijk op muziek van de Noord-Amerikaanse indianen moet lijken. Het bleek hier te gaan om Joris Janssens, die zich “Inti Wasi” (huis van de zonnegod) laat noemen.

Eva van Zeeland en Joris Janssen (Inti Wasi) tijdens de uitzending op 21 juni 2020.

Inti Wasi betekent huis (of tempel) van de zonnegod Inti en was de naam van de grootste tempel in het Incarijk gelegen in Cuzco (Peru). Helaas werd de tempel door de Spaanse conquistadores in de zestiende eeuw vernield en op die plek werd het klooster van Santo Domingo gebouwd. Joris Janssens is dus niet echt bescheiden als hij zichzelf vernoemt naar de heiligste plaats van de Inca’s. Hij geeft ons op zijn website ter overweging dat “[zijn] ziel en hart zijn diep verbonden [zijn] met natuurvolkeren, inheemse beschavingen en sjamanistische culturen.” Het gebruik van de verouderde (en racistische) term natuurvolkeren laten bij mij al alarmbellen afgaan, zeker als het om de Inca’s met hun hoog technologische kunnen op het gebied van architectuur gaat. Want wie het heeft over “natuurvolkeren”, heeft het noodzakelijkerwijs ook over “cultuurvolkeren.” Een constructie die vele eeuwen kolonialisme en imperialisme heeft gerechtvaardigd.

Machu Picchu, het bekendste voorbeeld van hoogstaande bouwkunst van de Inca’s.

Janssens gooit alles op één grote New Age hoop. Een praktijk die terecht al heel lang en zeer regelmatig wordt bekritiseerd door antropologen en inheemse volkeren zelf.(1) Er is zelfs de site New Age Fraud, gericht tegen dit soort praktijken. Zij melden: “[n]ative belief systems are COMMUNAL, not focused on the individual’s faith like Christianity, and are TRIBE-SPECIFIC. There is NO “generic Indian” form of spirituality. There are as many differences from tribe to tribe as there are between Hinduism and the Church of England. No one would think of teaching those two as the same and calling them “Indo-European,” yet many of these FRAUDULENT operators teach a thrown together mishmash of bits and pieces of different beliefs.” Voor Janssens is er echter een soort essentie van niet-westerse spiritualiteit waarbij alle tradities worden samengevoegd in een blender en hij er kan uit halen wat hij op dit moment te gelde kan maken. Een echte plastic sjamaan dus.

Het geval doet een beetje denken aan de charlatan Carlos Castañeda, die jarenlang zijn publiek voor de gek hield met zijn verzonnen verhalen over Don Juan, zijn “leermeester” en diens gebruik van geestverruimende middelen als peyote en doornappel. Castañeda schreef The Teachings of Don Juan: A Yaqui Way of Knowledge in 1968. Waar Castañeda het grotendeels bij één traditie hield wat betreft hallucinogene producten, is Joris Janssens minder kieskeurig. Hij gaat er part op acht jaar nodig te hebben gehad om zijn kennis van de verschillende tradities te vergaren, maar traditionele trajecten kosten vaak veel meer tijd. Veel informatie laat Janssens niet los over zijn ervaringen, we moeten er maar op vertrouwen dat hij het allemaal goed geleerd heeft en dat het geen kwaad kan. Helaas zijn veel van zijn remedies niet geheel zonder gevaar. In een flyer noemt hij bijvoorbeeld Iboga, dat gebruikt wordt in een religieus ritueel van de Bwiti in Benin, dus een eind weg van Peru! De Jellinek kliniek waarschuwt: “Ibogaïne kan ernstige hartritmestoornissen veroorzaken die dodelijk kunnen aflopen. Ook bij een lage dosis is dit mogelijk.” (2) En ook experimenten met de Kambo kikker waar hij het over heeft in een flyer, zijn niet onder gevaar. Zo is er een fataal incident bekend uit Polen, maar ook uit Italië (nota bene iemand die zelf deze methode aanbood). Nergens blijkt dat Janssens gedegen medische kennis heeft opgedaan.

Ook heeft Janssens het over “plant-meesters”. Dat is een begrip uit de esoterie. Het pretendeert een oeroude traditie opnieuw tot leven te wekken, maar het is in feite een vrij recent fenomeen. Het is een typisch product van de New Age, vol met onsamenhangende en pseudo-wetenschappelijke onzin. Het is ook zeker niet ongevaarlijk, zoals uit de voorbeelden met Iboga en de Kambo kikker blijkt. Daarnaast zet het de uitbuiting van inheemse culturen door verveelde westerlingen op een nieuwe manier voort. We kunnen zeker leren van inheemse volkeren, maar dan moeten we naar hen luisteren en niet naar wannabe indianen, die weinig respect hebben voor de verschillende tradities en er alleen maar van willen profiteren. Want over de erbarmelijke leefsituatie waarin deze volkeren moeten leven, hoor ik Janssens niet.

Peter Zegers

(1) Helen E. Hagan, The Plastic Medicine People Circle (1992).
(2) Wat is Ibogaïne en is behandeling met Ibogaïne mogelijk?